Polarisatie.

Polarisatie.

Kan het zo zijn dat we met dit kabinet een dictatuur hebben zonder dat we het doorhebben? Is onze democratie slechts een sprookje waar we nog in geloven? Of zitten we nog in een proces dat dit kabinet bezig is onze democratie stuk te maken? Onze premier wil ons laten geloven dat we wel degelijk in een democratie leven ook al getuigt zijn handelen daar niet van. Hij wil een gesprek met andersdenkenden, zonder dat dit gesprek aanleiding kan zijn voor een verandering in zijn eigen standpunten. Een plan dat meer dan 20 miljard kost, wordt door het parlement gejaagd, nadat het eerst met de coalitie partijen in de tweede kamer uitvoerig is besproken en geaccordeerd. De huidige stikstofplannen wijken ook nog af van wat in de wet staat. En omdat er kennelijk in de samenleving veel te weinig draagvlak is, wordt ook dit lastige probleem weer uitbesteed aan een bemiddelaar.  

Ingekleurde kaartjes en grafieken laten het zien, het is de schuld van de boeren. Miljarden zijn door de regering vrijgemaakt om boeren te verdrijven uit Nederland. Ga de natuur maar ergens anders lopen verpesten is de boodschap. We ontkennen daarmee dat we zelf het probleem zijn. We gedragen ons immers als egoïsten, met als motto meer, meer, meer. Op Schiphol staan de mensen dagelijks uren te wachten op hun vlucht en daar staan weinig boeren bij. Het idee dat we een gezamenlijk probleem hebben is ver te zoeken en nu we in paniek raken van weer een crisis moeten de boeren het ontgelden.

De boeren protesteren en het escaleert. Het woord burgeroorlog valt. Ik spring naar beneden huilt een wanhopige boer Koos tijdens het debat in de tweede kamer. Hij toont zich totaal in de steek gelaten. Deze boer legt daarmee het probleem op tafel. We zijn zo gefocust op ons eigen gelijk, dat we de ander laten vallen. In het polariseren bevechten we elkaar met inhoud. Om een informatie burn-out te voorkomen, moeten we een keuze maken, één van de partijen moet gelijk hebben. Bijvoorbeeld: er is helemaal geen stikstof probleem. Dat geeft rust. Of: het is de schuld van die kut-boeren. 

Hier is het onderscheid tussen inhoud en betrekking relevant. De betrekking gaat over wat we ervaren van hoe we met elkaar omgaan. In de betrekking zegt de regering: “wij weten het, jullie boeren moeten luisteren. Wij staan boven jullie”.  Door vechtend met elkaar om te gaan, isoleren we ons steeds meer van elkaar. De schuld van het gebrek aan samenwerking ligt bij de ander, die ziet het verkeerd. Het is intriest hoe weinig we bezig zijn met naar elkaar te luisteren, om elkaar oprecht te willen begrijpen, waardoor we verbondenheid heel kunnen houden.

De regering beslist, deelt de beslissing mee, en verdedigt de beslissing. En jullie moeten onze wetenschappelijk gefundeerde en “democratisch” genomen beslissing accepteren. We leven toch in een democratie? De regering wil het alleen over de inhoud hebben, waar zij het gelijk in willen hebben, terwijl er geen vertrouwen meer is in die regering. Dat gebrek aan vertrouwen is door de gehele samenleving aanwezig, niet alleen bij de boeren. Veel mensen accepteren deze vorm van besturen niet meer. 

En nu moet Remkes gaan bemiddelen, uitgekozen door het geradicaliseerde kabinet. Niet iemand die democratisch gekozen is door de betreffende partijen samen. De VVD-er, waarvan bekend is dat hij inhoudelijk op de lijn van onze regering staat en berucht om zijn autoritaire stijl van leidinggeven, moet gaan bemiddelen. Rutte heeft hem in het openbaar al de opdracht gegeven ”we moeten er met elkaar eerlijk over zijn, dat snelheid en doelstellingen niet ter discussie staan”. Aan de plannen zal inhoudelijk dus niets veranderd worden. Het is dus bedoeld dossiervorming, zodat later gezegd kan worden dat we er alles aan gedaan hebben om middels overleg tot gezamenlijkheid te komen, maar dat radicale elementen bij de boeren niet voor rede vatbaar zijn. En we dus wel moeten onteigenen. 

Dat is de methode Rutte. Geef de boeren het idee dat we ze serieus nemen. Laat ze spuien, om in het beste geval als resultaat te krijgen: jullie brengen belangrijke punten in, dat nemen we mee om het vervolgens in de vergetelheid te laten verdwijnen. Dat doen wij als bestuurders van dit land met de bewoners al zo lang. En natuurlijk tegelijk de boeren beschuldigen van radicaliteit. Remkes doet het vuile werk en Rutte haalt zijn record.

‘Bemiddelen’ betekent dat je tussen partijen een overeenkomst tot stand brengt. Maar hoe kan dat als één van de partijen zegt: ik houd in ieder geval vast aan mijn eigen doelen? Op welke wijze zou de andere partij dan tevreden kunnen raken door een bemiddelaar? Rutte en zijn regering hebben de macht. Hun opdracht om te zorgen voor algemeen welzijn is ingeruild voor het streven naar machtsbehoud. Ze roepen daarmee geradicaliseerde tegenstand op, omdat ze zelf geradicaliseerd zijn. Boeren hebben het idee dat alles al lang is beslist. Ze ervaren de regering als hun vijand, arrogant, autoritair en doortrapt. De aanstelling van Remkes bevestigt dit beeld.

Laten we een echte bemiddelaar voorstellen, gekozen door boeren en regering samen, zorg voor gelijkwaardigheid. Over de grens bestaat het probleem nauwelijks, dus waarom kiezen we geen buitenlander, dat kan voor ontspanning zorgen. Niet iemand uit het old boys netwerk, geen tassendrager van de VVD van de coalitie.

Dat er verschillen zijn in meningen is het punt niet, het gaat erom hoe met elkaar omgaan met verschillen. Theoretisch zouden we actief geïnteresseerd kunnen zijn waar onze verschillen op gestoeld zijn. Wat zijn de onderliggende standpunten en motieven waardoor we tot onze stellingen komen. Laten we daarnaar kijken om elkaar te begrijpen om daarna te kijken naar syntheses van de verschillen, in plaats van op inhoud elkaar te overtuigen van het eigen gelijk. Dit is echter enkel mogelijk als we op betrekkingsniveau echt willen samenwerken.