Op zoek naar een politiek leider die fatsoen aan wijsheid koppelt (2).

Op zoek naar een politiek leider die fatsoen aan wijsheid koppelt (2).

Een ooievaar (Adam) vliegt elke zomer met andere ooievaars naar het noorden en na de zomer weer terug naar het zuiden. Omdat hij geen bewuste geest heeft, denkt hij niet na over zijn gedrag. Dit verandert als we Adam een groter brein geven en hij voor zichzelf begint te denken. Hij neemt het besluit om van zijn vaste route af te wijken, samen met zijn vriendin Eva. Ze landen op een eiland vol met vruchtbomen. Er was eten in overvloed, allemaal voor hunzelf, want de andere ooievaars hadden ze niet ingelicht. De instincten van Adam en zijn vriendin Eva beseften dat ze waren afgeweken van hun vaste route, maar ook van hun vanzelfsprekende verbondenheid met de andere ooievaars. Hun instinct uitte kritiek op hun egoïstische gedrag. Vanaf dat moment hadden Adam en Eva een verdeeld zelf. Enerzijds is er de instinctieve oriëntatie, anderzijds is er de bewuste geest die wil onderzoeken en experimenteren. Zonder dat ze doorhebben wat nu eigenlijk hun probleem is, zover is hun bewuste geest nog niet, krijgen ze het gevoel dat ze slechte ooievaars zijn
(Korte samenvatting van een verhaal verteld door de bioloog Jeremy Griffith, humancondition.com).

Het verdeelde Zelf
Adam en Eva, de eerste mensen, aten een vrucht van de boom der kennis en dat was het startsein voor de ontwikkeling van het menselijk bewustzijn. Vanaf dat moment wordt de mens aangestuurd door twee krachten, namelijk een aangeboren instinctieve oriëntatie en de aangeleerde levensopvatting. We denken dat het leven in de periode voor het ontstaan van het menselijk bewustzijn harmonieus, liefdevol en sociaal was. De beleving was die van non-duale verbondenheid.
Het bewuste -ik- ziet zichzelf als onderscheiden van de wereld, er ontstaat daardoor een duaal perspectief (‘ik-en-de-wereld’). De mens heeft vanaf dat moment een verdeeld zelf, twee delen die ook met elkaar in conflict kunnen raken.

Een van de auteurs (boek: Rob van Boven. Liefde is!) heeft een model ontwikkeld voor zijn werk als psychotherapeut. Er is in dit model sprake van drie zelven: – het natuurlijke aangeboren kind en – het daadkrachtige kind en – de volwassene. Deze drie samen noemen we het interne gezin. Dit noemen we zo, omdat het krachtenspel in een gezin één op één vergelijkbaar is met wat zich in een individu afspeelt. Bij de geboorte is er alleen het kind met een aangeboren natuur. Hij heeft zijn ouders nodig om te bestaan. Daarom noemen we dit gedeelte van de mens het kwetsbare kind. Daarnaast ontstaat er een zelf dat bestaat uit daadkracht, het daadkrachtige kind genoemd. Dit deel leert hoe het zich te bewegen heeft in de wereld. Je kan je de situatie van een kind voorstellen als een zelf bestaande uit twee delen, twee interne broers of zussen. Daarnaast zijn er de ouders/ opvoeders.
Het kwetsbare kind is in het hier en nu. Het start met een ongestoorde verbondenheid met de wereld om zich heen. In deze verbondenheid blijkt een nog absoluut vertrouwen in het leven en in de wereld. De wereld van het kind is non-duaal, er is nog geen ik-beleving. Het daadkrachtige kind deel realiseert zich een eigen wil die niet meer vanzelfsprekend samenvalt met de wil van de ander. Het beleeft steeds meer ‘ik-en-de-wereld’. Het leert ook hoe het heeft op te treden om iets dat hij wil voor elkaar te krijgen.
Bij het ouder wordende jongere ontwikkelt zich een gezinshoofd (de interne volwassene). De interne volwassene zal in de loop van het leven kunnen groeien in wijsheid.

Geloof en overlever
Vanaf het moment dat het kind zich los van de wereld gaat ervaren, wil het zichzelf, in relatie met zijn wereld, leren begrijpen. Dit begrip is nog kinderlijk, maar het is een poging om wat er gebeurt te begrijpen. Het ontwikkelt een soort geloofsprogramma over hoe hij met de wereld moet omgaan vanuit een geloof over wie we blijkbaar zijn. Dit programma zal langzamerhand naar de achtergrond van ons bewustzijn glijden waardoor het een vanzelfsprekendheid krijgt. Het kind zal zijn geloof, poging tot begrijpen van zichzelf en de ander, gaandeweg als een gegeven hanteren. Het wordt de bril waarmee hij naar zichzelf en de wereld kijkt, zonder door te hebben dat hij een bril op heeft.
In een ideale wereld zouden we als kind het volgende geloof kunnen ontwikkelen: ‘ik ben welkom met mijn eigen wil, ik mag alles doen wat ik wil, ik ben welkom met mijn eigen gevoelens, eigen gedachtes en eigen verlangens en dat het veilig is om te zijn wie ik ben en dat ik daarmee voor de dag mag komen’. Onze wereld is echter niet ideaal, onze ouders zijn niet ideaal en hun ouders ook niet. Hierdoor ervaren we, in meer of mindere mate, dat we niet altijd welkom zijn en dat het niet altijd veilig is om je zelf kenbaar te maken aan je omgeving.
Omdat onze ouders niet ideaal zijn, ontstaan er altijd situaties waar we als kind zelf een oplossing voor moeten vinden. Het daadkrachtige kind moet deze oplossingen zoeken. Daarvoor is hij eigenlijk niet toegerust, het is nog een kind.

Wat zegt dit over de politiek leider?
We komen tot de volgende hypothetische indeling in ontwikkelingsfasen.

Fase 1: het ideaal
In de periode van de basisschool ontdekt het kind dat de wereld veel minder mooi is als voorgespiegeld. ‘How dare you’, sprak klimaatactiviste Gretha Thurnberg verwijtend tegen de wereldleiders. En: ‘Jullie hebben mijn dromen en mijn kindertijd afgenomen met jullie lege woorden’.
Jongeren ontdekken niet alleen slechtheid in de wereld, maar ze constateren ook hun eigen vijandigheid, afgunst en egoïsme. Het kan het begin betekenen van een sombere puberteit. Tieners kunnen geobsedeerd raken door de slechtheid van de wereld. Sommige jongeren proberen dit te verdringen, al of niet met gebruikmaking van middelen. Velen zullen uiteindelijk besluiten toch maar gewoon mee te gaan doen met het maatschappelijk gebeuren. En er zijn ook jongeren die vanuit een ideaal de wereld te verbeteren politiek actief worden.

Fase 2: de overlever gebruikt macht
Wellicht dat het daadkrachtige kind zich machteloos ervoer in zijn gezinssituatie. Vervolgens kan het als overlever het leven zo inrichten dat hij het besef van machteloosheid kan ontvluchten, bijvoorbeeld door aanhoudend bezig te zijn macht uit te oefenen. De interne volwassene, die de leiding zou moeten hebben, is geïndoctrineerd door de overlever en geeft daardoor ook geen oplossing. De overlever met zijn geloof wordt de baas in het interne gezin. Wij denken dat bij veel mensen die boven komen drijven in de politiek, en zich dus ontwikkelen tot politiek leider sprake is van een dergelijke ontwikkeling, waarbij dus de overlever intern de lakens uit deelt. Deze ontwikkeling kan als volgt worden samengevat: wat passief is ondergaan (machtsmisbruik), wordt later actief ingezet bij anderen.
Als je als overlever leeft in een wereld waar in principe vrede is, maakt de overlever in je, kijkend door je eigen onzichtbare bril, er een wereld van die bedreigend is. Vervolgens dien je die wereld tegemoet te treden met strategieën die horen bij overleven, met als effect dat het vanzelf een wereld wordt die feitelijk bedreigend is. De overlever als politiek leider zal dan ook een cultuur waarmaken waar overleven gaandeweg gerechtvaardigd is. Een cultuur van ieder voor zich en het doel heiligt de middelen. De positie die de politicus in het leven inneemt is die van -ik-tegenover-de-wereld.
De overlever heeft, zonder het te weten, schuldgevoel. Het afwijzen van ‘in liefde verbonden zijn’, geeft wroeging. Dit probeert hij te verdringen, of hij projecteert het en wordt een kampioen in het zien van de fouten bij een ander. Ook kan het leiden tot overdreven eisen die gesteld worden aan de samenleving. Hij probeert zo een vorm van paradijs terug te vinden in de creatie van luchtkastelen en onhaalbare utopieën. Zonder dat zijn eigen gedrag daarmee in de pas loopt.

Fase 3: verslaafd aan macht
Doordat de politicus intern niet meer gelooft in verbondenheid, kan hij een samenleving daar ook niet in vooruit helpen. Hij praat er wel over, en het staat in het partijprogramma, maar als overlever heeft hij het in zijn eigen leven op een zijspoor gezet, omdat hij het te gevaarlijk vindt. Machtsuitoefening is ervoor in de plaats gekomen. Mensen die wel contact hebben met hun aangeboren, liefdevolle natuur ervaren intuïtief dat dit verstoord is bij de politicus.
Verbondenheid is de essentie van de wereld van het kwetsbare kind. Deze mogelijkheid is ons van nature meegegeven. Ontwikkeling van daadkracht en de daarbij behorende denken past bij het daadkrachtige kind. Als deze twee mogelijkheden van de mens zich in harmonie kunnen ontwikkelen, dan kan de persoon uitgroeien tot een sterke persoonlijkheid, onder leiding van zijn interne volwassene.
De politiek leider is doorlopend op zoek naar beloning van buiten. De beloning die hij zoekt probeert hij te verkrijgen door strijden en winnen. Roem, aanzien, geld, macht daar gaat het de politiek leider om.
Het kwetsbare deel mag niet meer volledig meedoen en machtsuitoefening komt in de plaats van de liefde in de verbondenheid. Voor de politicus lijkt het alsof verbondenheid en de eigen ontwikkeling tegenstrijdig zijn, terwijl het twee menselijke mogelijkheden zijn die het mooist tot hun recht komen bij harmonieuze samenwerking. De politiek leider kan geheel ontsporen en verslaafd raken aan kunstmatige beloning als macht en roem.

Fase 4: Transformatiefase
Wat begon met de idealen van een adolescent is grotendeels in handen gekomen van het geloof en de machtsuitoefening van de overlever. Deze deelt intern de lakens uit, maar dat is de rol die de interne volwassene moet innemen. Het kan noodzakelijk zijn dat de politiek leider gecoacht gaat worden. Het doel van de coaching moet zijn dat er inzicht gekregen wordt in eigen ‘overlevingsgedrag’ en het bijbehorende geloof. Er zijn meerdere spirituele tradities die kunnen ondersteunen bij het weer ervaren van ‘egoloze werkelijkheidsperceptie’, oftewel een open bewustzijn. De overlever zal zijn positie echter niet zomaar willen opgeven, waardoor coaching noodzakelijk is.
In onze vorige bijdrage werd in een reactie dhr. Jan Terlouw (voorheen politiek leider van D66) genoemd als een politicus die vanuit liefde actief is. Hij heeft echter geen politieke macht meer. Mogelijk dat hij, en anderen in vergelijkbare posities, een goede coach zal kunnen zijn. In onze zoektocht naar politiek leiders die fatsoen aan wijsheid koppelen, lijkt ons het open staan voor een dergelijke coaching noodzakelijk.